Je kunt het je kind niet vroeg genoeg aanleren. Maar hoe doe je dat?
Samen spelen is een belangrijk deel van de opvoeding. En dat gaat – gek genoeg – niet vanzelf. Wie kleine kinderen observeert, ziet dat zeker kinderen onder de vier jaar niet snel geneigd zijn hoe favoriete speeltje aan een ander kind te geven. Sterker nog, vaak eindigt het in een spelletje touwtrekken waar er altijd eentje in tranen eindigt.
Samen spelen moet je leren
De reden dat jonge kinderen niet goed kunnen samen spelen is dat ze simpelweg niet door hebben dat de ander ook wensen en verlangens heeft. Ze zitten gewoon nog lekker in hun eigen bubbel. Pas tussen de 3 en 4 jaar gaan kinderen echt met elkaar spelen. Ze gebruiken dan hetzelfde speelgoed, houden al een beetje rekening met elkaar en reageren op elkaar.
Een vaardigheid voor de rest van je leven
Toch is leuk samen spelen essentieel voor de ontwikkeling van je kind. Het is een vaardigheid waar je als mens eigenlijk je hele leven van profiteert. Het is dus goed om je kind hiermee te helpen, bijvoorbeeld door speeldate’s te organiseren die én heel gezellig zijn en een goed leermoment om te leren samen spelen. Ook spelletjes spelen waarbij je om beurten mag spelen helpen hierbij. Vanaf ongeveer 3 jaar is het mogelijk om spelletjes met regels te gaan spelen. Het moet wel gaan om korte spelletjes met eenvoudige regels, bijvoorbeeld memory of lotto. Bij zulke spelletjes leren kinderen om zich aan de regels te houden, op hun beurt te wachten, rekening te houden met anderen en om te gaan met verliezen en winnen.
Maar wat als je (nog) maar één kind hebt en alle aandacht gaat naar hem of haar? Of je andere kind(eren) zijn bijna de hele dag naar school? Check hier wat je zelf kunt doen om je kind te leren samen spelen.